donderdag 21 april 2011

Zwanen voeren en krekel-avonturen.

Waakzaam houdt vader zwaan
zijn ogen op mij gericht
maar pakt mijn brood aan















Zondag 17 april 2011

De zon staat stralend aan de hemel als we wakker worden. Ik stel voor aan André dat hij vandaag meeloopt op mijn rondje door het park. Dan kan hij foto's nemen als ik de zwanen voer en ook als ik op schoot van mijn zitboom zit.
Na koffie en een broodje gaan we op pad. Ik heb niet zo heel veel tijd, want ik moet straks naar mijn werk in de leukste woonvoorziening van Amstelveen. We lopen eerst in de richting van de zitboom. Onderweg vertel ik mijn lief waar ik precies de grote groene specht heb gezien en waar normaal gesproken de eekhoorntjes zitten. Zo niet vandaag. Geen enkele eekhoorn te bespeuren in een van mijn en hun favoriete bomen.
Maar mijn zitboom is er natuurlijk wel. Trots en fier staat hij te wachten tot ik plaats neem op zijn wortelschoot.



















Ik laat me tussen de mooie stevige wortels zakken.
" Hier vandaan verstuur ik mijn natuurtweets," leg ik André uit. André schiet een paar plaatjes, maar hij wil de boom niet zelf uitproberen. Hij weet niet wat hij mist!

We wandelen verder. Ik blijf nu natuurlijk niet overal een uur staan, wat ik op de wandelingen in mijn eentje wel doe. André deelt mijn passie voor de natuur, maar hij houdt van doorstappen.
Ik leid hem door het prachtige laantje vol bloeiende bloesenbomen. Af en toe wijs ik hem op een vogelgeluid. Kijk, nu hoor je de winterkoning! En daar..luister maar..zit de roodborst. Ik herken al behoorlijk wat geluiden, maar thuis ligt een speciale cd met beeld en geluid van vogels, die ik altijd nog een keer moet kijken. Ik gebruik mijn oren als ik fotografeer. Ik hoor een geluid en zoek dan de takken af totdat ik zie wie het geluid maakt.

Zo herken ik mussen, koolmezen en de staartmezen, die een heel apart stilpend geluidje maken. ook de boomklever herken ik, maar dan houdt het een beetje op. Ik heb nog heel wat te leren op dat gebied om mijzelf een echte vogelaar te mogen noemen, en dan bedoel ik niet die vogelaar uit de politiek...grapje!

We lopen langs het water. Ik heb nog steeds geen libellen gezien. Ik heb ook geen idee wanneer die verschijnen. Misschien pas in de zomer. Ook van insekten weet ik lang niet genoeg. Hier is een leuke anekdote over insekten, waaruit mijn gebrek aan kennis duidelijk blijkt.
Vorige jaar om precies deze tijd waren we in het heerlijke La Garnasette, de boerderij van vrienden in de Auvergne waar we op de kat pasten. Net als ik hier doe in het park, struinde ik iedere dag het hele terrein af op zoek naar interessante dingen om te fotograferen. Mijn André, die ook een goed oog heeft voor mooie dingen, ontdekte een holletje naast het terras waar een krekel in woonde.


De krekel zat de hele dag voor zijn holletje in de zon en verdween alleen het gaatje in als hij onze aanwezigheid voelde. Maar hij bleef nooit lang binnen. Heel gauw kroop hij toch weer naar buiten om voor zijn deur in de zon te zitten.


Op een dag vond ik in een dakgoot een andere krekel. Ik dacht onze krekelmans bij het terras een groot plezier te doen, door hem een vrouw te verschaffen. Het filmpje laat zien wat er vervolgens gebeurde. 
Later leerde ik dat ik krekelmans geen vrouw, maar een man had gegeven en daar zijn krekels niet van gediend. Vrouwen hebben een lange legbuis. Dat had ik kunnen weten, want vroeger had de vader van mijn kinderen een terrarium met hagedissen die hij krekels voerde, die vervolgens overal in huis opdoken. Het zijn de mannen die het mooie krekelgeluid veroorzaken door hun vleugels te laten vibreren.Wat ik in elk geval van het gebeuren met krekelmans geleerd heb is dat je de natuur beter op zijn beloop kunt laten.

In de verte zie ik het zwanenpaar al liggen. Ik wijs ze André aan. We lopen weer om restaurant Halve Maan heen en houden even pauze bij de steiger waar vorige week nog een enorme vis lag rotten.   Waarschijnlijk hebben de eigenaren van het restaurant de smerige vis weggehaald en daar ben ik blij om.
Tegenover de steiger aan de andere kant van het water ontdek ik een futennest in het riet. Ik had het niet eerder gezien, omdat je het vanaf de andere kant niet kunt zien door het hoge riet.









Vader fuut zwemt op en neer en houdt de boel scherp in de gaten. Meerkoeten en ander gespuis zijn niet welkom!
Dan is het tijd om naar de zwanen te gaan. André houdt de camera in de aanslag als ik heel rustig op vader zwaan afloop tot ik op snalvelafstand ben en hij het natte brood van mij kan aannemen. Hij heeft flink trek en eet gulzig. Heel voorzichtig sluip ik nu in de richting van ma zwaan op haar nest om haar ook stukjes brood te geven. Het wonder geschiedt, ze neemt het van mij aan en vader zwaan laat het toe. Als het zakje leeg is loop ik heel behoedzaam terug naar waar André staat. Ik ben ontroerd door het hele gebeuren. Het is zo bijzonder om deze machtige vogels van zo dicht bij te ervaren. Het voelt echt als een geschenk!


1 opmerking:

  1. Mooi hoe jij ons toch iedere keer weer met je woorden ons mee trekt in het woud wat je park noemt en ons laat zien wat er gebeurt in de natuur, we beleven mee met je en ik lees je nog meer en meer. Volg je paden zingend en lachend, stil gehuld in maanlicht of oorverdovend zonlicht. Straal en schrijf. Ik geniet

    BeantwoordenVerwijderen